Koersen. Dat hebben we vandaag gedaan. We zijn wel eerst nog Grand Junction in geweest. Het is een aardig plaatsje, met een – zeker voor Amerikaanse begrippen – leuk, verzorgd centrumpje. Na een rondje over Main street en een lekkere (!) coffee to go van de Bagelshop, zijn we in de RV gesprongen
Het deel van de rit over de Interstate 70 is min of meer bekend terrein. We zijn namelijk de eerste dag in de RV over hetzelfde stuk gereden. Wat anders is, is dat de rook nu het zicht beperkt. Naar mate we hoger in de bergen raken, wordt het langzaam aan minder en bij het verruilen van de I 70 voor de US 40 hebben we niet meer het gevoel in de mist te rijden.
Aan het einde van de middag bereiken we zo uiteindelijk Grand Lake, het dorp bij de westelijke ingang van Rocky Mountain National Park. We hebben het Winding River Resort uitgekozen als plaats voor de overnachting. Bij aankomst blijkt de camping volledig uitgestorven. Het komt er daarom feitelijk op neer dat we willekeurig een plek mogen uitzoeken en het verder wel goed komt. Dit in schril contrast met komend weekend, dan zitten ze helemaal vol in verband met Labour Day.
Als de camper is aangekoppeld lopen we even naar de aanwezige paardenstallen. De paarden blijken niet de enige beesten op de camping te zijn. Het is een halve (of eigenlijk hele) beestenboel: kippen, konijnen, schapen, geiten, kalveren, varkens en eenden. Best leuk, en ze komen allemaal even nieuwsgierig naar ons kijken als we langs lopen.
Terwijl we ‘s avonds nog een spelletje Carcassonne spelen horen we dat er ook nog andere dieren in de buurt rondlopen: een hard en typisch gejank verraadt de aanwezigheid van coyotes. “Houd deuren en ramen gesloten”… Hanneke bedenkt alvast wat vluchtscenario’s en met wat grapjes over hoe het erger kan en het spel hebben we gelukkig voldoende afleiding.